Wat is echt? Wat is nep? Deze vragen bepalen in toenemende mate het openbare leven. Echt staat voor ‘iets is wat het is, zoals het zich aan je voordoet’. Van echt kun je op aan. Nep wil zeggen ‘iets is niet wat het lijkt te zijn of wat jij denkt dat het is’. Nep heeft te maken met namaak, met iets gekunstelds. Iets dubbels. Zijn die bloemen echt? Je voelt eraan, ruikt misschien. Nee. Je kijkt nog eens scherper. Die bloemen zijn van zijde, of erger nog van plastic. Wat gek! Ze zien er zo prachtig uit! Een vaag gevoel van gefopt zijn bekruipt je. Teleurstelling. Ook in jezelf: hoe kon je zo dom zijn? Je had toch kunnen weten dat perfecte bloemen niet bestaan? Heel subtiel is er iets in je vertrouwen geraakt, in je onbevangenheid. Maar zulke kwetsbare sensaties duw je maar al te graag weg. Als je je er al bewust van bent. Wat je zo goed als zeker meeneemt van een dergelijke ervaring is een speciale antenne. Pas op! Wees erop bedacht jij je in je waarneming vergist.
Nu kun je in zijn algemeenheid zeggen dat het normaal is – en dus niet erg – dat we ons met enige regelmaat in onze waarnemingen vergissen. Afhankelijk van onze geschiedenis, ons karakter en onze levenshouding willen we de dingen en mensen immers mooier (of juist lelijker) zien dan ze zijn. Waarnemingen zijn altijd gekleurd. Dit feit staat los van de vraag hoe we persoonlijk en als samenleving met het begrip ‘echt’ omgaan.
Echt is een complex woord, met diverse gevoelsbetekenissen. Het zegt iets én het roept iets in ons op. Het slaat als het ware een verbinding tussen iets of iemand en de waarnemer. Een goede manier om echtheid te ervaren is de omgang met peuters. Alles in heel kleine kinderen is echt. Hun boosheid, verdriet, blijdschap en pijn. Je kunt het zien aan hun lichaamstaal en het lezen in hun ogen. Mensjes in de dop zijn uit één stuk. Puur. (Zelfs in hun listen om de aandacht van hun opvoeders te krijgen zijn ze echt – als ze ermee door de mand vallen, zullen ze niet zelden gaan lachen: haha, ik heb mijn doel bereikt.)|
Echtheid betekent niet: volledig mooi of goed. Het betekent in de waarheid staan van hoe het is. Leuk of niet leuk. Het betekent zonder berekening, dubbele bodem of verborgen agenda zijn.
In het sociale leven heerst onnoemelijk veel onechtheid. Op internet en daarbuiten. We doen ons overal en voortdurend mooier voor dan we zijn of dan we ons voelen omdat dat het minst kwetsbaar is. We vieren met z’n allen de schone schijn als oppergodin van ons leven. In een enorme kramp wentelen we ons in een niet aflatend ‘alles goed?’ ‘Ja hoor prima, met jou ook?’ Het liefst breien we aan zo’n vluchtige ontmoeting nog even kort een succesverhaal vast. Om ons vervolgens diep geschokt te tonen wanneer er weer ergens iemand ‘totaal onverwacht’ uit het leven is gestapt. (Hier past het verhaal van de oude tante, die in een familie op verjaardagen altijd even naar de keuken liep en aan de daar aanwezige gastvrouw of puber vroeg: ‘en hoe gaat het nou e c h t met jou?’ Pas díe vraag zet het sein op veilig: zeg maar wat je op je hart hebt – ook al is dat niet mooi, verdrietig, zorgelijk enz.)
In de zestiger jaren van de vorige eeuw zong Ria Valk haar immens populaire liedje: ‘Hou je echt nog van mij Rocking Billy?’ Ze twijfelt aan de gevoelens van haar vriend omdat deze naar Amerika vertrok zonder nog iets van zich te laten horen. Een universele reactie en koppeling van twee zaken die eigenlijk niet met elkaar te maken hebben!
In liefdesaangelegenheden verbinden we echte gevoelens al gauw met daaruit automatisch volgend gedrag en handelingen, tot zelfs een vaste verbintenis en huwelijk aan toe (‘in de echt treden’ is een wat oudere uitdrukking voor trouwen!). We verwachten dat echte gevoelens verplichtend zijn of, omgekeerd, dat bepaald gedrag echte gevoelens moet bewijzen. Begrijpelijk maar helaas niet zelden leidend tot grote drama’s of tragiek.
Gevoel is gevoel en ondanks echte gevoelens kunnen keuzes in het leven soms toch neerkomen op beslissingen die aan die gevoelens geen vorm kunnen geven. ‘Houd je echt van mij?’ ‘Ja, mijn gevoelens voor jou zijn echt. Maar…mijn bestemming ligt in het klooster.’
Echtheid wordt in onze beleving al gauw verbonden met betrouwbaarheid, houvast en zekerheid. Maar de grondbetekenis van het woord ligt in de duidelijkheid van iets of iemand. In de psychologie van ons als individu betekent dit dat wij innerlijk houvast en zekerheid kunnen opbouwen door voor onszelf echt proberen te zijn, namelijk te zijn wie wij zijn, met alles erop en eraan, zonder zelfveroordeling. Wanneer het ons collectief zou lukken om vaker ‘nee’ te zeggen tegen de schone schijn – zowel naar buiten toe als voor onszelf – zou het zomaar kunnen dat we als bijvangst een grotere weerbaarheid oogsten in onze confrontatie met nepnieuws en alles wat zich onecht aan ons vertoont.