Sinds het cancelen van personen in onze cultuur gemeengoed is geworden, is het met de verdraagzaamheid in haar algemeenheid droevig gesteld. Deze zin is natuurlijk omkeerbaar. Er is van alles wat niet (meer) mag. Niet mag worden gezegd, niet mag worden gedaan en uiteindelijk niet mag worden gedacht. Steeds sterker wordt correct gedrag voorgeschreven, zo al niet geëist, op straffe van… vul maar in. We nemen elkaar de maat bij het leven. Cancelen betekent schrappen, annuleren. Een niet zachtzinnig slagveld is ontstaan.
Waar komt deze ontwikkeling eigenlijk vandaan? Wie of wat bepaalt de richting? Als we kijken naar de begrippen diversiteit en inclusiviteit die gelijktijdig met het cancelen de toon in het debat zijn gaan voeren, rijst het vermoeden dat er mogelijk een positief-constructieve onderstroom gaande is die de cancelpraktijk aanstuurt. Bijvoorbeeld: het verlangen tot gelijkwaardigheid tussen man en vrouw of die tussen gekleurd en wit. Maar is dit zo en klopt dat wel? Zijn we met z’n allen opeens ten diepste menselijker aan het worden?
Het hangt ervan af. Bezien vanaf grote hoogte, vanuit de ruimte zeg maar, zou het zomaar kunnen. Dan zouden we nu misschien in een noodzakelijke, pijnlijke fase zitten en straks flink door gaan pakken. En vooral: meer bewustzijn gaan ontwikkelen.
Maar wanneer we blijven steken in het verketteren en uitsluiten van hen die in onze ogen ‘fout’ zijn (dat wil zeggen verkeerd praten, denken of doen) zullen we wegzinken in een moeras en niet verder komen. Het gevaar dat dit wel zal gebeuren is niet denkbeeldig. Om twee redenen: het heikele cancelen van personen die in onze ogen fout zijn én het feit dat we niet precies weten wat we met het cancelen aan het doen zijn.
Dat een machtsmisbruiker van zijn of haar troon gestoten wordt, is prima. ( De vraag of dit ook met historische figuren moet gebeuren blijft hier buiten beschouwing.) Het probleem is dat niet zelden ook gecanceld wordt vanuit wrok, eigen belang of een religieuze of politieke richtingenstrijd. Niks diversiteit of inclusiviteit als motief dus in dat geval.
Een interessantere en veel verdergaande kwestie is die van de relatie cancelpraktijk – diversiteits- en inclusiviteitsclaim. Stel dat we uit idealisme (gelijkheid tussen mensen) cancelen maar op die manier intense tweespalt zaaien, met alle haat en onverdraagzaamheid van dien, hoe zit dat plaatje dan in elkaar? Moet er dan misschien snel iets vérder worden gegaan en is dat gecancel wellicht een schamel tussenstation dat we gauw moeten passeren om het spoor veel grondiger te gaan verleggen?
Het laatste hoofdstuk van ‘Het nieuwe moeten; vragen om cultuur’ gaat over de nieuwe tijd. Na een zeer moeilijke periode van onzekerheid en chaos in de wereld (door de newagebeweging barensweeën genoemd) , moeten we wellicht iets gaan ontdekken:
“Alle neuzen dezelfde kant op. Elkaar ondersteunen. Met elkaar meewerken in plaats van tegenwerken. Overeenkomsten zoeken en herkenning. Elkaar nodig hebben, je daar niet voor schamen. Het juist gewoon vinden en ernaar handelen. Verschillen laten bestaan maar als zodanig. Ze niet zwaarder maken dan nodig. Een en dezelfde intentie ontwikkelen. De wil tot vreugde. Verdragen. (Dragen dat iemand anders er ís. Dat iemand ánders is. In de ruimte die ís.) De wil om te scheppen in plaats van te vernietigen, al zien we nog niet precies wat. De zin om mogelijkheden te achterhalen. Van onszelf, van het gezamenlijke, van de aarde. Een nieuwe, ongelooflijke energie genereren om creatief en ontwikkelend te kunnen zijn. (………….)
Voor zover menselijke diversiteit bij het leven op deze planeet hoort, zal zij alleen dan harmonisch kunnen functioneren wanneer zij op een fundament is gebaseerd. Op hét fundament. Het fundament van bewustzijn. Dit bewustzijn kan omschreven worden als een collectieve aanvaarding en omarming van de eigen soort genaamd mens, waarbij inbegrepen de erkenning van elkaars kwetsbaarheid – het basisgegeven dat handelen richting geeft. Zonder dit fundament geen kanalisering van mogelijkheden en kracht.”
Einde citaat.
In een dergelijk bewustzijn past geen noodzaak tot cancelen. Sterker nog: de behoefte zal er niet meer zijn. Een utopie? Eindstation?
Wie zal het zeggen. Spannend zijn de tijden in ieder geval wel.